Zienswijze omgevingsvisie

Werkgroep Purmer Industrievrij heeft een zienswijze ingediend tegen de omgevingsvisie en PlanMer Omgevingsvisie en roept op bewoners en omwonenden van de Purmer dit ook te doen.

Zienswijze ‘Purmer Industrievrij’

Datum: 05-05-2023

Bedrijventerrein en stadion in de Purmer: een slecht idee

Omwonenden van Groot Westerbuiten, Klein Westerbuiten en Molenwerf, verenigd in ‘Purmer industrievrij’ dienen een zienswijze in tegen het voornemen van gemeente Edam-Volendam een bedrijventerrein en stadion te vestigen in de Purmer (PlanMER Omgevings-visie, kenmerk R001-1289677LEE-V01-mdg-NL, projectnummer 1289677). Wij dragen hiertoe acht argumenten aan, die wij hieronder uitwerken. We willen verduidelijking van de gemeente op de genoemde punten. We reageren slechts op enkele punten, maar kunnen niet volledig zijn. Dit omdat het PlanMER Omgevingsvisie op veel punten vaag is. Wij zijn op zoek naar een concrete uitwerking, zodat wij als omwonenden een goede inschatting kunnen maken van de gevolgen van de plannen.

  • Noodzaak nieuw bedrijventerrein blijkt nergens uit

Uit het PlanMER Omgevingsvisie wordt niet de noodzaak of breed gedragen wens duidelijk naar een bedrijventerrein vanuit de bedrijven van de Julianaweg. Er is slechts een GIS-analyse gedaan: een scan naar geschikte bedrijfslocaties. Deze scan ging al uit van de veronderstelling dat er een bedrijventerrein moest komen. Maar, verhuizen naar de Purmer en verduurzamen: willen bedrijven aan de Julianaweg dit massaal? Hebben ze daar de financiële middelen voor? Het is een aanname dat deze bedrijven daadwerkelijk zullen verhuizen en verduurzamen. Het lijkt ons niet meer dan normaal dat de gemeente een gedegen en afhankelijk onderzoek laat uitvoeren naar de bereidwilligheid en noodzaak van bedrijven van de Juliaweg om te verhuizen naar de Purmerend en naar hoe haalbaar het voor deze bedrijven is om te verduurzamen.

  • Gemeente is afhankelijk van bedrijven aan de Julianaweg

De PlanMER Omgevingsvisie meldt: ‘De gemeente ziet bedrijvigheid liever buiten de kernen. De gemeente is bij dit doel sterk afhankelijk van bedrijf-, grond- en vastgoedeigenaren en ontwikkelaars. Dit resulteert in een grote mate van onzekerheid in het behalen van de ambitie (p. 74).’ Wat gebeurt er als slechts enkele bedrijven vanuit de Julianaweg naar de Purmer willen of kunnen verhuizen? Komen er dan woningen tussen bedrijven in? En hebben bedrijven uit de Julianaweg het alleenrecht op een plek in de Purmer? Anders vullen bedrijven uit de wijde omtrek het nieuwe bedrijventerrein zodat we straks twee bedrijventerreinen krijgen. En zo is het ‘gemengde gebied’ ook al snel ingericht als bedrijventerrein.

  • Gemeente is afhankelijk van grondeigenaren en ontwikkelaars

Ook bij de ontwikkeling van de Purmer is de gemeente afhankelijk van grondeigenaren en ontwikkelaars. In de PlanMER Omgevingsvisie (p. 67) staat: ‘De gemeente heeft een sturende rol in het aanwijzen van bouwlocaties, wat het doelbereik van deze ambitie groot maakt. Wel is de gemeente hierbij afhankelijk van grondeigenaren en ook van ontwikkelaars om woningbouwlocaties te realiseren conform de visie van de gemeente, dit resulteert in een redelijke mate van onzekerheid.’ Zelfs bij ambitie extra bomen te planten, is gemeente afhankelijk van grondeigenaren (p. 71). De groenbedekte daken en daktuinen in de Purmer die ons als optie werden voorgespiegeld tijdens de ‘inspraakavonden’, blijken verder weg dan ooit. Wij weigeren echter te geloven dat de gemeente op deze punten geen regie kan nemen, aangezien de gemeente eigenaar is van deze grond. We verwijzen als voorbeeld naar de herontwikkeling van de Hoogstraat, waarbij de gemeente ook een eisenpakket heeft neergelegd bij de ontwikkelaar.

  • Bedrijventerrein en stadion zijn slecht voor de Purmer

We lezen in de PlanMER Omgevingsvisie dat door de komst van het bedrijventerrein in de Purmer toenemen: verstening, druk komt op droogte, hittestress en wateroverlast in de stedelijke gebieden. Op de Edammerweg, Groot Westerbuiten en Oosterweg wordt een flinke toename qua verkeer verwacht, daarmee geluidstoename en mogelijk stikstofdepositie met significante gevolgen op gevoelige Natura 2000-gebieden (p.57/58/59/82). Met name ook door een sportcomplex of voetbalstadion kunnen significante negatieve effecten optreden door licht, geluid en optische verstoring (p.58). De gemeente claimt met de PlanMER Omgevingsvisie een ‘goede leefomgeving’ te willen realiseren voor Edam-Volendam (p.22/23). Dit geldt echter alleen voor Volendam. De belangen van omwonenden van de Purmer zijn allerminst gediend met deze plannen. De gemeente zegt in te zetten op het ‘vergroenen van de gemeente’ (p. 68), maar is wel voornemens 160 ha groen op te offeren in de Purmer. Onder het mom ‘we zijn één gemeente’ streept Volendam in dit rapport alle nadelen voor de Purmer weg tegen de voordelen voor de Julianaweg. Alles waar Volendam vanaf wil, zoals categorie 4.2 industrie, bedrijven en een stadion kunnen zo worden verplaatst naar de Purmer.

  • Meer elektrische vervoersmiddelen en energietransitie?

Het rapport stelt dat de luchtkwaliteit door de komst van een bedrijventerrein waarschijnlijk niet verslechtert. Want ‘de trend is dat er steeds meer elektrische vervoersmiddelen komen, wat een gunstig effect zal hebben’ (p. 17). Echter, in diverse media worden wij juist gewaarschuwd voor een elektriciteitstekort na 2030. Dus dergelijke uitspraken zijn opportuun, zeker als naast een bedrijventerrein een stadion en andere (sport-/sociale) voorzieningen komen, wat zorgt voor nog meer verkeer. Bovendien kun je je afvragen hoe schoon elektrische vervoersmiddelen zijn. Verder meldt het rapport dat de inzet van de gemeente op de energietransitie uiteindelijk een positief effect heeft op de Natura 2000-gebieden, doordat het gebruik van duurzame energie zorgt voor minder stikstofdepositie ten opzichte van het gebruik van fossiele energiebronnen (p. 83). Allereerst is dit slechts een ambitie, waar je niet op kunt rekenen. Bovendien: zonder extra bedrijventerrein is dat positieve effect op Natura 2000-gebieden natuurlijk vele malen groter.

  • Mensen stimuleren te gaan fietsen is echt niet zo makkelijk

Verder zal het negatieve effect op de luchtkwaliteit volgens het rapport meevallen, omdat de gemeente ‘gezonde mobiliteit, zoals het gebruik maken van de fiets’ stimuleert (p. 64). Als gedragsverandering zó makkelijk zou zijn, zou iedereen nu al fietsen. Het merendeel van de medewerkers van de Volendammer bedrijven komt na verhuizing vanuit de Julianaweg echt niet ineens op de fiets of te voet naar de Purmer. Zeker niet als zich in de Purmer ook bedrijven van buiten de gemeente vestigen en men een nog langere reistijd heeft. En hoe ga je mensen stimuleren op de fiets naar het werk te gaan als overal zwaar vrachtverkeer rondrijdt? Door de genoemde extra gemotoriseerde verkeersstromen valt de Purmer als fietsgebied volledig weg. Dit terwijl hier nota bene een schoolroute voor fietsende leerlingen doorheen loopt.

  • Er is een alternatief bedrijventerrein

De PlanMER Omgevingsvisie presenteert op basis van een kaartenanalyse een alternatief geschikt bedrijventerrein aan de noordwestzijde van de gemeente nabij Schardam (zoekgebied Noordwestzijde gemeente) (p.48). Het rapport geeft aan dat de gemeente de wens heeft om het bedrijventerrein in de toekomst te combineren met bijvoorbeeld scholen en sportvoorzieningen en dat daarom een locatie dichtbij de kern van Edam-Volendam de voorkeur heeft (p. 53). Dit argument houdt geen stand, want scholen en sportvoorzieningen kunnen prima worden gescheiden van een bedrijventerrein. Verder noemt het rapport als argument tegen de locatie nabij Schardam dat dit gebied te klein is, want het ‘biedt alleen ruimte voor een lokaal bedrijventerrein, terwijl meer ruimte wenselijk is’ (p. 53/54). Dit terwijl in uw PlanMER Omgevingsvisie staat dat u de Purmer alleen wilt gebruiken voor lokale bedrijven. Moeten wij u nu geloven?

  • Bedrijventerrein en stadion zorgen voor planschade

Het plan is het bedrijventerrein in de Purmer (mede) te vullen met categorie 4.2 bedrijven en fabrieken. Op het bedrijventerrein Julianaweg zijn fabrieken gevestigd die stankoverlast geven, o.a. van visrokerijen (p. 141). Aangezien het 50 procent van de tijd westenwind is, is de verwachting dat dit zeer veelvuldig stankoverlast geeft voor omwonenden. De komst van industrie naar de Purmer, het verlies aan natuur in de nabijheid en het mogelijk afsluiten van de Oosterweg en de Edammerweg (p. 91) zorgt voor een onomkeerbare waardevermindering van de woningen van omwonenden. 

Conclusie

Zoals ook genoemd wordt in de PlanMER Omgevingsvisie zijn deze plannen schadelijk voor onze gezondheid en komt de leefbaarheid van omwonenden in het geding. Wij voorzien dat de plannen zorgen voor licht-, geluids-, verkeers-, stankoverlast, horizonvervuiling en bedreiging van zeldzame diersoorten (zie bijlage). En hoe zit het met onze veiligheid? Legt u dit aan ons uit. Wat vindt de politie van uw plannen? 

Laat de gemeente met gedegen onderzoek de noodzaak van een bedrijventerrein in de Purmer aantonen. De gemeente is niet bij machte van de Julianaweg een mooie, groene woonwijk te maken en al helemaal niet om van de Purmer een verzameling bedrijven met daktuinen en groen bedekte daken te maken. Een bedrijventerrein is slecht voor de Purmer, haar omwonenden en Natura 2000-gebieden. De argumenten van de gemeente die dat tegenspreken, houden geen stand. Er blijkt een ander geschikt bedrijventerrein te zijn en argumenten van de gemeente tegen die locatie houden ook geen stand. Ten slotte zorgt de komst van een bedrijventerrein en stadion voor een forse planschade voor omwonenden. Wij vinden het zeer bijzonder dat u alle negatieve effecten voor de Purmer wegstreept tegen de voordelen voor Volendam. En dat u daarbij totaal voorbij gaat aan de belangen van Groot Westerbuiten, Klein Westerbuiten en Molenwerf. Alsof wij geen ingezeten zijn van de gemeente.